Martin Heidegger en het nazisme
De Joodse filosofe Hannah Arendt duidde in 1969 de Duitse filosoof Martin Heidegger aan als ‘der heimliche König im Reich des Denkens’ - de geheime koning in het rijk van het denken. Uit hun liefdesaffaire blijkt dat Arendt ook van Heidegger hield als persoon. Door velen wordt Heidegger echter als een betwistbaar figuur beschouwd. Hij was lid van de NSDAP en zijn ideeën hadden een grote invloed op de opkomst van het Nazisme. Hoe relateert Heideggers filosofie aan de opkomst van het nazisme?
Ontwikkeling tot filosoof
Geboren op 26 september 1889 groeide Martin Heidegger op in een rooms-katholiek gezin in Meßkirch. In 1909 begon hij met zijn studie theologie in Freiburg maar twee jaar later stapte hij over naar de studie filosofie. Heidegger promoveerde in 1913 en werd assistent van de grondlegger van de fenomenologie, Edmund Husserl. Heidegger werd sterk door Husserl beïnvloed maar keerde zich op een gegeven moment tegen Husserls ideeën en ontwikkelde zijn eigen theorie. Vanaf 1923 was Heidegger voor een aantal jaar hoogleraar in Marburg. Hannah Arendt was een van zijn studenten en met haar begon hij een liefdesaffaire. Kort nadat Heidegger lid werd van de nationaalsocialistische beweweging (NSDAP), moest Arendt vluchten voor het naziregime. Maar antisemiet of niet, Arendt zocht zelf in de jaren 70 - na de verschrikkingen van de oorlog - toch weer contact met de aanhanger van de NSDAP.
Sein und Zeit
Tijdens zijn verblijf in Marburg (1923-1928) publiceerde Heidegger zijn meest bekende werk: Sein und Zeit. Dit werk was onder andere een studie naar het idee van vrijheid en het menselijk bestaan, het Dasein. Heidegger beweerde dat de mens in het alledaagse leven niet vrij is: het alledaagse leven – het in-de-wereld-zijn - heeft een eentonig karakter. Vastigheid en vertrouwdheid gaat boven het durven ondernemen van nieuwe dingen. Volgens Heidegger zijn mensen zich niet of nauwelijks bewust van hun mogelijkheden. Het eigenlijke bestaan, de menselijke vrijheid, kunnen we kennen in het gevoel van angst: we vinden het eng als het bekende wegvalt. Het liefst willen we weer terugkeren naar ons vertrouwde alledaagse leven. Dit is wat we volgens Heidegger juist niet moeten doen, we moeten moedig zijn en sterk genoeg zijn om te kunnen leven met de onbekendheid. Pas op dat moment richt iemand zich op de toekomst, op zijn eigen persoonlijke bestaan en zijn vrijheid.
Rechtvaardiging van het antisemitisme
Heideggers opvatting van vrijheid die hij in het boek illustreert bestraft elke vorm van vastigheid en overheersende willekeurigheid. Men moet dapper zijn, zich op de toekomst richten en zelf keuzes maken. Deze visie leidde echter tot een drastische ontkenning van het idee dat mensen gelijk zijn: Heideggers theorie schept geen ruimte om de andere mens te herkennen als gelijkwaardig. Het onderdrukken van de ander wordt niet afgekeurd. Zo creëert deze visie een basis voor de rechtvaardiging van het antisemitisme.
Hitler als verlicht leider
Het Duitse volk bevond zich volgens Heidegger in een geprivilegieerde positie, niet vanwege hun biologische achtergrond maar vanwege de Duitse taal. Heidegger was ervan overtuigd dat er een gids moest komen die het Duitse volk naar de verlichting zou brengen. Alleen een grootse leider kon het volk het juiste pad wijzen om te volgen: de geschikte gids hiervoor was volgens hem Hitler. Kort na de machtsovername door Adolf Hitler sloot Heidegger zich daarom in 1933 vrijwillig aan bij de NSDAP. Hitlers kritiek op de toen overheersende regeringsvorm - een democratie - kwam overeen met Heideggers positie: de mening van het volk is gebaseerd op slechts een kleine hoeveelheid ervaring en kennis van een individu. Zo'n individuele stem binnen een democratisch systeem kan volgens Heidegger nooit iets bereiken in de geschiedenis.
Het wereldhistorische lot van het Duitse volk
Volgens Heidegger was het voorbestemde pad dat de Duitsers moesten volgen een transformatie naar een juiste manier van zijn: de technologische manier van zijn. Om te voorkomen dat de opkomende technologie ons volledig zou gaan controleren zag Heidegger noodzaak voor een nieuwe manier van omgaan met de techniek. Als onderdeel van hun lotsbestemming moesten de Duitsers andere landen ook naar dit juiste pad sturen richting de verlichtende, technologische manier van zijn. Duitsland ging dus volgens Heidegger tijdens de Tweede Wereldoorlog niet imperialistisch te werk maar opereerde juist in dienst van alle naties. Hij zag de Endlösung der Judenfrage – de ontwikkeling van concentratiekampen en het uitroeien van Joden in gaskamers – als een uitwerking van de technologische manier van bestaan. Wat het nazisme bewerksteligde zag Heidegger dus als een manifestatie van het lot van het Duitse volk.
Bronnen:
- Farias, V. (1991). Heidegger and nazism. Temple University Press. Philadelphia 19122
- Wheeler, Michael, "Martin Heidegger", The Stanford Encyclopedia of Philosophy (Fall 2017 Edition), Edward N. Zalta (ed.)
- Filosofie.nl: Hannah Arendt
afbeelding
See page for author [Public domain], via Wikimedia Commons