De geschiedenis van de bliksemafleider
Wie een lichtflits ziet en een donder hoort, zal even schrikken. Onweer is vandaag de dag nog altijd een angstaanjagend weertype, want onweer slaat 100.000 keer per jaar ergens in. En soms veroorzaakt een blikseminslag flinke schade, alleen al in Nederland loopt die schade jaarlijks op tot tienduizenden Euro's. Een vinding van de Amerikaanse politicus en wetenschapper Benjamin Franklin zorgde voor een oplossing.
Blikseminslagen in bekende gebouwen
In de negende en tiende eeuw werden er in Nederland voor het eerst torens gebouwd, vaak kerktorens. Maar die torens waren ook kwetsbaar. Meer dan eens sloeg de bliksem in waardoor een kerk, of zelfs een hele stad afbrandde. De Sint Janskerk in 's Hertogenbosch (1584), De Sint-Jan in Gouda (1552) en de Eusebiuskerk in Arnhem werden getroffen door de bliksem. De Domkerk in Utrecht werd twee keer getroffen (1254 en 1674) en Onze Lieve Vrouwetoren in Amersfoort (1547, 1651 en 1804) zelfs drie keer. Lange tijd werd dergelijke rampspoed gezien als straffen waren van God. Middelen die bescherming konden bieden tegen bliksem werden gezien als werk van de duivel en waren uit den boze.
Voortschrijdende wetenschap
Maar in de achttiende eeuw kwam daar verandering in. Al jaren werden er experimenten gedaan met elektriciteit en een van de wetenschappers die zich daarmee bezighield was de Amerikaan Benjamin Franklin. Tijdens zijn experimenten merkte hij dat de elektrische vonken die hij veroorzaakte, erg veel op bliksemschichten leken. Vooral de kleur en de vorm kwamen overeen en al doende raakte Franklin er van overtuigd dat bliksem óók elektriciteit was en zette alles op alles om dat te bewijzen.
Door de experimenten die wetenschappers zoals Franklin deden, hadden al een hoop eigenschappen van elektriciteit verklaard. Zo wist men al dat verschillende delen verschillend geladen moeten zijn om een elektrische vonk over te brengen. Dat maakte voor veel wetenschappers de bliksem niet meer een straf van God, maar een interessant natuurfenomeen. En tegen de gevaren van zo’n fenomeen kon je je volgens Franklin ook beschermen. Daarmee kreeg zijn studie naar elektriciteit en bliksem in het bijzonder een tweede doel: mensen beschermen tegen de gevaren van blikseminslag.
In 1750 beschreef hij al een hypothese over een ‘metalen staaf’ die de bliksem kon aantrekken en afleiden voordat die in een gebouw sloeg. In de zomer van 1752 deed de Amerikaanse hij naar verluidt een experiment met een vlieger tijdens een onweersbui. Maar hoe dat experiment precies ging is enigszins onduidelijk. Er bestaan meerdere verhalen over het experiment.
Experiment bliksemafleider met vlieger
In 1752 deed Franklin tijdens een onweersbui het experiment waarmee hij beroemd werd. Een vlieger met daaraan een stuk metaal moest de bliksem aantrekken. Een nat henneptouw dat bevestigd was aan het stuk metaal aan de vlieger, moest de elektriciteit overbrengen naar een Leidse Fles, terwijl de vlieger met een droge lijn van zijde werd bestuurd. Het idee was dat het natte touw de elektriciteit veel beter zou geleiden dan het droge zijde. Naar verluidt werd de vlieger niet direct getroffen door de bliksem, maar werd er wel spanning in de Leidse Fles overgebracht. Hoe hij dat precies heeft gedaan, is nog altijd niet helemaal duidelijk, de beschrijvingen van het experiment laten ruimte voor interpretatie over. Wel gaan wetenschappers er vanuit dat Franklin de vlieger bestuurd moet hebben zonder het vliegertouw zelf aan te raken. De slechtere geleiding van het droge zijde ten spijt, zou een blikseminslag hem alsnog fataal zijn geworden.
Het experiment bevestigde wel de ideeën die Franklin had over de bliksem en daarmee ook zijn theorie over de mogelijkheid om bliksem af te leiden van kwetsbare gebouwen. De bliksemafleider was geboren.
Eerste bliksemafleider in Nederland
Al snel na de uitvinding van de bliksemafleider werd de afleider geïnstalleerd op veel openbare gebouwen in Amerika en Europa. In 1783 plaatste natuurkundige Cornelis Krayenhoff de eerste bliksemafleider in Nederland, op de Martinikerk in het Gelderse Doesburg. Die was hoognodig toe aan een bliksemafleider, want de kerk was al meerdere malen afgebrand na blikseminslag. Iets dat naar verluidt sinds 1783 niet meer is voorgekomen.
Verzet tegen bliksemafleiders
Ook in Duitsland werden in die periode de eerste bliksemafleiders geplaatst. Maar wie denkt dat men de nieuwe vinding met open armen ontving, heeft het mis. Hoewel een reeks zware onweersbuien die in 1783 over Düsseldorf raasden, relatief weinig schade aanrichtten dankzij de bliksemafleiders, braken er wel discussie uit. Men zag in de zware stormen, die wel degelijk slachtoffers hadden geëist, het antwoord van God op de bliksemafleiders. Hoewel veel verhalen reppen van rellen door het ‘ongeletterde volk’ dat tegen de bliksemafleiders in het geweer kwam, en bliksemafleiders die door soldaten bewaakt moesten worden, is er in bronnen niks van zulke onlusten terug te vinden. In tegendeel. Hoewel het idee van Franklins bliksemafleider niet genoemd wordt, werden er verspreid over Duitsland in diezelfde periode juist wetten aangenomen die klokgelui tijdens onweersbuien verboden. Eerder werden de klokken geluid werden als waarschuwing tegen het gevaarlijke weer. Om de klokken te luiden moest men aan een touw hangen dat direct in verbinding stond met de klok hoog in de toren. waarschijnlijk begon men in te zien dat het wellicht niet zo’n goed idee was om tijdens het onweer een touw in verbinding met een metalen voorwerp hoog in de toren vast te pakken.
Meer weten over de uitvinding van de bliksemafleider? In Geschiedenis Magazine 7 van 2020 vertelt Jan Willem Buisman meer over de uitvinding van de bliksemafleider.
Bronnen
wikipedia.org Bliksem
julesgoossens.nl Geschiedenis Bliksem
bliksem.nl Weetjes bliksem
martinikerkdoesburg.nl Martinikerk
wikipedia.org Bliksemafleider
wikipedia.org Benjamin Franklin
rvb.nu Info bliksem
Afbeeldingen
pixabay.com Bliksem