Rusland en de NAVO in de Baltische staten
De Adviesraad Internationale Vraagstukken (AIV) stelt dat de ‘NAVO sinds de Koude Oorlog niet zo zwak als nu’ is geweest en niet in staat is de Baltische staten te verdedigen tegen een eventuele aanval van Rusland. Door de veranderende positie van de Verenigde Staten in de NAVO sinds Donald Trump en de moeizame relatie met NAVO-lid Turkije wordt gevreesd voor de eenheid en de slagvaardigheid als het erop aankomt. De kwetsbare delen van de NAVO, zoals de Baltische staten, komen daarmee in gevaar: ‘Poetin zou binnen drie uur Talinn of Riga kunnen innemen.’ Volgens de AIV moeten NAVO-landen daarom hun inzet in die gebieden verdrievoudigen. Wat is de historische achtergrond van deze verontrustende berichten?
Russische overheersing in de Baltische staten
Na de Grote Noordse Oorlog (1700 – 1721) kreeg Rusland Estse en Letse gebieden in handen. Die waren vanwege hun ligging aan een zee die in de winter niet dichtvroor een perfecte uitvalsbasis voor Russische havens. Tijdens de zogenaamde ‘Poolse delingen’ in de late achttiende eeuw, waarbij het grondgebied van Polen verdeeld werd over Rusland, Oostenrijk en Pruisen kreeg Rusland bovendien een gebied in handen dat tegenwoordig Litouwen heet.
Culturele invloed: russificatie
Hoewel Rusland zich in eerste instantie niet veel bezighield met het bestuur van de Baltische staten en ze als zelfstandige provincies binnen het Russische Rijk functioneerden, kwam daar halverwege de negentiende eeuw verandering in. In Polen – dat sinds het Congres van Wenen in 1815 ook bij Rusland hoorde – en Litouwen werd een beleid van ‘Russificatie’ gevoerd. De lokale talen werden verboden en het Russisch verplicht. Bovendien werd het orthodox-christelijke geloof aan de bevolking opgedrongen en het katholicisme verboden. Dat leidde tot groeiende nationalistische gevoelens en de wens een eigen staat te stichten.
Speelbal op het internationale toneel
Hoewel Litouwen aan het einde van de Eerste Wereldoorlog haar onafhankelijkheid uitriep en Letland ook voorbereidingen maakte voor een eigen regering, werd al snel duidelijk dat zulke constructies alleen mogelijk waren met steun uit de internationale gemeenschap. Die kregen ze in eerste instantie: het Verdrag van Versailles schonk Estland, Letland en Litouwen de onafhankelijkheid als zogenaamde ‘limitrofe staten’ die het woelige Rusland na de Oktoberrevolutie van 1917 in de gaten konden houden en een duidelijk grensgebied vormden met de rest van Europa.
Hun zelfstandigheid bleek al snel afhankelijk van de internationale situatie, want in 1939 werd met het geheime Molotov-Ribbentrop Pact tussen Hitler en Stalin besloten dat de Baltische staten weer onder Russische invloedssfeer kwamen te vallen. In 1940 bezette Rusland de drie landen, waarna direct pro-Sovjetregeringen werden aangesteld. Het Russificatiebeleid werd hervat en meer dan 10 procent van de Baltische bevolking die op een of andere manier in aanvaring kwam met het Sovjetbewind werd afgevoerd naar de Russische Goelag.
De Zingende Revolutie
Op de vijftigste verjaardag van het Molotov-Ribbentrop Pact, 23 augustus 1989, begon de zogenaamde ‘Zingende Revolutie’, de onafhankelijkheidsstrijd van de Baltische Staten. Mikhail Gorbatsjov, leider van Sovjet-Unie, erkende de toenemende problemen in het grote rijk en was een politiek van glasnost (openheid) en perestrojka (hervorming) begonnen. Dat maakte het mogelijk voor de Baltische bevolking om vreedzaam in opstand te komen tegen de overheerser. Na een muziekfestival in Tallinn begonnen bezoekers spontaan patriottische liedjes te zingen. Dat liep uit een grootschalig protest, de ‘Baltische Weg’, die bestond uit een ketting van meer dan twee miljoen zingende mensen die van Tallinn naar Vilnius liep. Dat initiële vreedzame verzet mondde uit in vier jaar protest. Nadat de Sovjet-Unie de onafhankelijkheid van de Baltische staten nog probeerde tegen te houden met tanks en een mislukte couppoging, kregen de landen in 1991 toch hun onafhankelijkheid, in hetzelfde jaar dat de gehele Sovject-Unie uiteen viel.
Definitief onafhankelijk?
De Russische invloed in de Baltische staten is nog altijd goed merkbaar. Veel mensen spreken alleen maar de Russische taal en in voornamelijk Estland en Letland bezitten grote groepen een Russische etniciteit. Agnia Grigas noemt de Baltische staten in haar boek Beyond Crimea: The New Russian Empire ‘de achilleshiel van de NAVO’ en een gebied waarin Rusland nog altijd geïnteresseerd is vanwege de historische banden met het Russische Rijk. De grote groepen Russische minderheden zouden volgens Grigas, net als in 2014 toen Rusland de Oekraïense Krim annexeerde, voor Poetin een reden kunnen zijn om de Baltische staten binnen te vallen. Daartegenover staat dat de NAVO de Baltische staten, net als in 1919 bij Versailles, nog steeds beschouwd als essentiële bufferstaten tussen Rusland en de rest van Europa. Voor beide partijen bezitten de Baltische staten dus aantrekkelijke eigenschappen die ze van essentieel belang maken op het internationale speelveld. En wat willen Estland, Letland en Litouwen zelf? Dat wordt wederom volledig buiten beschouwing gelaten.
Bronnen:
- NOS, ‘Adviesraad: NAVO te zwak om Baltische staten te verdedigen’
- NOS, ‘Rusland staat nog niet voor de deur, maar kan zo Europa in’
- J. E. Noll e.a./Militaire Spectator, ‘De Baltische staten, de Russische minderheid en de verdediging van de NAVO’
- W. I. Hitchcock, The Struggle for Europe: The Turbulent Hisotry of a Divided Continent, 1945 to the present (New York 2003) 347 – 379.
- P. R. Viotti en M. V. Kauppi, International Relations and World Politics: Security, Economy, Identity (New Jersey 2007).
- A. Grigas, Beyond Crimea: The New Russian Empire (New Haven 2016).
Afbeeldingen:
- Een Sovjet BT Tank met een truck en troepen in het centrum van Riga, 1940. [Public Domain via Wikimedia Commons]
- Baltische Weg, 23 augustus 1989, Litouwen. Rimantas Lazdynas. [Creative Commons via Wikimedia Commons]