De onduidelijkheden over het mogelijke verraad van Anne Frank
Met behulp van gespecialiseerde software en een team van internationale experts heeft voormalig FBI-agent Vince Pankoke sinds 2017 onderzoek gedaan naar wie Anne Frank tijdens de Tweede Wereldoorlog verraadde. Het onderzoeksteam hoopte hiermee antwoord te vinden op een decennialang onbeantwoorde vraag: wie verraadde de onderduikers in het Achterhuis?
De nieuwe software moest helpen bij het zoeken naar nieuwe links tussen personen. Het vooronderzoek resulteerde al in de vondst van belangrijke gedateerde Nazi-documenten en leek hiermee zijn vruchten af te werpen. Maar het is niet voor het eerst dat een onderzoek naar het mogelijke verraad van Anne Frank veelbelovend lijkt, maar uiteindelijk geen onomstotelijk bewijs oplevert.
Anne Frank en het Achterhuis
Anne Frank werd op 12 juni 1929 geboren in Frankfurt am Main. Toen Adolf Hitler (1889-1945) met zijn NSDAP in 1933 de macht greep in Duitsland, vluchtte Anne met haar gezin naar Amsterdam-Zuid. Al snel werd Anne, die ook in Amsterdam onderwijs volgde, overgeplaatst naar een Joodse school. Op 6 juli 1942 dook het gezin Frank samen met vier andere joden, in het Achterhuis, drie verdiepingen van een bijgebouw van een pand aan de Prinsengracht. De toegang tot de verdiepingen waar de onderduikers zitten, werd verborgen achter een boekenkast. Vanaf het moment dat ze onderdook, hield Anne in haar dagboek haar belevenissen bij. In 1944 werd het gezin Frank gearresteerd. Anne werd naar het Duitse concentratiekamp Bergen-Belsen gebracht, waar ze in het voorjaar van 1945 overleed. Na de oorlog werd het dagboek van Anne Frank gepubliceerd en wereldberoemd.
Het beste van IsGeschiedenis in je inbox? Schrijf je in voor onze nieuwsbrief! Helemaal niks missen? Volg ons op Facebook!
Potentiële verraders
Na de oorlog hielden onderzoekers en journalisten zich jarenlang bezig met de vraag wie naar de Sicherheitsdienst telefoneerde om Anne te verraden. Het gissen leidde tot nu toe tot een lijst met twintig potentiële verdachten. Ondanks tientallen jaren van onderzoek is de identiteit van een mogelijke verrader echter nog steeds onbekend. Door de jaren heen deden vele namen van mogelijke verraders de ronde, maar harde bewijzen ontbreken tot nu toe. In een boek van auteurs Jeroen de Bruyn en Joop van Wijk, werd de zus van Bep Voskuijl genoemd. Zij zou in haar vroege volwassen jaren hebben samengewerkt met de Nazi’s. De auteurs benadrukten in hun boek dat dit slechts aanwijzingen zijn. Harde feiten ontbreken.
Andere mogelijke verraders
De naam van NSB’er en Jodenhater Tonny Ahlers werd in 2002 genoemd in een biografie over Anne’s vader Otto Frank, van de Britse journaliste Carol Ann Lee. Het leverde echter geen nieuw bewijs op. De Oostenrijkse journalist Melissa Müller noemde in haar biografie 'Anne Frank, de biografie' de naam van Lena Hartog-van Bladeren. Zij was getrouwd met een magazijnbediende die werkzaam was aan het pand aan de Prinsengracht. Ook circuleerde de naam Willem van Maaren. Hij werkte tijdens de oorlog in het magazijn aan de Prinsengracht, waardoor hij waarschijnlijk wist van de geheime toegangsdeur naar de schuilplaats. Van Maaren had bij Anne al geen goed imago. In haar dagboek werd hij als 'onbetrouwbaar' beschreven. Van Maaren werd in 1948 en 1963 verhoord, maar vanwege ontlastende factoren was er onvoldoende grond om hem te verdenken.
Onderzoek Anne Frank Stichting
Ondanks uitvoerige onderzoeken is de identiteit van de verrader van de familie Frank dus nooit achterhaald. De Anne Frank Stichting, die het Anne Frank Huis in Amsterdam beheert, beschouwde de beschuldiging van de auteurs als "aannames". De stichting betwijfelt zelfs of Anne is verraden. Volgens een onderzoek van de stichting uit 2016 werd het gezin Frank namelijk bij toeval ontdekt. Volgens de stichting verschenen agenten in 1944 aan het onderduikadres omdat er illegale handel zou plaatsvinden. Tijdens hun onderzoek zouden ze de onderduikers per toeval zijn tegengekomen. De Anne Frank Stichting kwam tot deze conclusie omdat twee van de drie agenten werkzaam waren bij een afdeling van de Sicherheitsdienst die economische delicten opspoorde. Bovendien zat er volgens de stichting tijdens de arrestatie ruim twee uur tussen de aankomst en het vertrek van de agenten, wat een verraad extra onwaarschijnlijk maakt.
Onderzoek van Pankoke: notaris de verrader?
Op 17 januari 2022 maakte het team van Pankoke bekend wie volgens hen de verrader van Anne Frank zou zijn: de vooraanstaande Joodse notaris Arnold van den Bergh. Volgens de onderzoekers zou hij lijsten met onderduikadressen hebben doorgespeeld aan de Duitsers. De doorslaggevende aanwijzing daarvoor was een anoniem briefje dat na de oorlog bij Otto Frank werd bezorgd. Historici kraakten het onderzoek echter vrijwel meteen af. Het ‘bewijs’ van het team van Pankoke zou te veel gebaseerd zijn op aannames. Volgens historicus Bart van der Boom (Universiteit Leiden) geeft het onderzoek alleen aan dat de notaris is beschuldigd van verraad, maar heeft het geen onomstotelijk bewijs opgeleverd.