De Franse revolutie in vogelvlucht: een overzicht
Bij de Franse revolutie denkt men meestal aan de bestorming van de Bastille of de beroemde uitspraak die aan de Franse koningin Marie Antionnette wordt toegeschreven: “Qu’il mange de la brioche!” (“Laat ze dan cake eten!”). De revolutie duurde echter jarenlang, gekarakteriseerd door verlichte ideeën, drastische vernieuwingen, maar zeker ook geweld. De Franse revolutie is een essentiële periode uit de geschiedenis, maar wat gebeurde er nu precies in die jaren?
Oorzaken
Er is niet één duidelijke oorzaak te noemen voor het uitbreken van de revolutie. Meerdere gebeurtenissen gaven aanleiding tot de toenemende ontevredenheid onder het Franse volk. Ten eerste bracht de verlichting nieuwe ideeën mee. Onder andere het absolutisme van de koning werd niet meer zomaar geaccepteerd. Ook heerste er hongersnood, door slechte oogsten was de prijs van graan en daarmee dus ook brood explosief gestegen. De koning, Lodewijk XVI, zat daarnaast ook diep in de schulden. De staatskas had flink geleden onder de Franse steun aan de Amerikanen tijdens de Amerikaanse onafhankelijkheidsoorlog. Belastingen werden verhoogd, terwijl het koningspaar riant leefde. Dit maakte hen niet populair onder het volk.
De Nationale vergadering en de eed op de Kaatsbaan
De Koning riep in 1789, voor het eerst sinds 1614, de Staten-Generaal samen. Hij deed dit omdat hij bij zijn pogingen de staatsschuld te verlichten door middel van belastinghervormingen op verzet van zijn parlement stuitte. De Franse Staten-Generaal bestond uit de drie standen: geestelijken, adel en de ‘derde stand’ (de burgerij). Hoewel de derde stand het dubbel aantal vertegenwoordigers mocht hebben, werd er nog steeds per stand gestemd, niet ‘per hoofd’, zoals de derde stand graag wilde.
Ontevredenheid hierover en verdeeldheid onder de andere standen leidde ertoe dat de derde stand zich 17 juni uitriep tot de Nationale vergadering (Assemblée Nationale). Toen zij vervolgens hun vergaderzaal niet meer in mochten, vertrokken zij naar een kaatsbaan, waar zij op 20 juni, samen met aanhangers uit de eerste en tweede stand, de beroemde ‘eed op de Kaatsbaan’ aflegden. Hierin spraken zij af niet uiteen te gaan voordat er een Franse grondwet was. In de komende dagen zouden steeds meer vertegenwoordigers van de eerste en tweede stand zich bij de Nationale vergaring op de kaatsbaan voegen.
Bestorming van de Bastille
Op 14 juli 1789 bestormden ongeveer 20.000 woedende Parijzenaren de gevangenis de Bastille. De gouverneur en enkele bewakers werden vermoord. Deze datum wordt veelal beschouwd als het begin van de Franse revolutie en is in Frankrijk een nationale feestdag. Koning Lodewijk had 2000 soldaten rond Parijs verzameld, wat wantrouwen onder de bevolking over de intenties van de koning vergrotte. De directe aanleiding ofwel ‘druppel’ was waarschijnlijk het ontslag van de minister van financiën Jacques Necker, die zeer populair was onder het volk.
Het doel van de bestorming was om de wapens die in de kelder van de Bastille lagen te bemachtigen. Ook werd de Bastille gezien als symbool van de macht van Lodewijk en de hoogste stand en was de bestorming van de gevangenis dus een duidelijk signaal. Het idee dat de Bastille werd bestormd om de gevangen te bevrijden lijkt niet geheel betrouwbaar. Er zaten ten tijde van de bestorming maar zeven mensen gevangen in de gevangenis. Desondanks verspreidde het bericht van de bestorming zich door Frankrijk en breidde de revolutie zich uit buiten Parijs.
Verklaring van de rechten van de mens en burger
Ondertussen had de nationale vergadering (nu ook wel grondwetgevende vergadering genoemd) niet stilgezeten. Op 26 augustus 1789 kwam de vergadering met de verklaring van de rechten van de mens en burger. Hierin werd onder andere genoemd dat soevereiniteit bij het volk lag en dat mensen vrij en met gelijke rechten geboren werden.
Vrouwenmars
In Parijs heerste nog steeds een voedseltekort. Na een zoveelste voedseloproer op 5 oktober 1789 marcheerde een groep Parijse vrouwen richting Versailles om te koning om brood te eisen. Tegenwoordig staat deze gebeurtenis bekend als de vrouwenmars. Eenmaal aangekomen bestond de menigte inmiddels uit enkele duizenden die Versailles belegerden. De volgende dag deelde de koning mee dat hij mee zou gaan naar Parijs.
Grondwet
Op 3 september 1791 keurde de nationale vergadering een nieuwe grondwet goed. De monarchie werd in stand gehouden en de koning had nog steeds de uitvoerende macht, maar de wetgevende macht lag nu bij de wetgevende vergadering. De macht van de koning was met deze nieuwe grondwet gekrompen. Via getrapte verkiezingen konden ‘actieve burgers’ (burgers die een minimaal bedrag belasting betaalden) nu ook stemmen.
Geboorte Franse republiek
Na het afzetten van de koning op 10 augustus van hetzelfde jaar, werd op 20 september 1792 de nationale conventie opgericht. De volgende dag, op 21 september 1792 besloot deze conventie om het koningschap af te schaffen. Frankrijk was vanaf dat moment een republiek met de nationale conventie aan het hoofd. 21 januari 1793 werd vervolgens de koning onthoofd omdat hij hulp zou hebben verleend aan vijanden van Frankrijk. Zijn vrouw Marie-Antoinette onderging 16 oktober van dat jaar hetzelfde lot. Onder meer de onenigheid tussen verschillende facties binnen de nationale conventie leidde in 1793 tot de oprichting van twee comités, het comité van Algemeen welzijn en het comité van Algemene veiligheid.
Terreur en het schrikbewind
De jaren 1792 tot 1794 worden ook wel de terreur genoemd, in deze periode werden er zo’n 17.000 mensen geëxecuteerd en zijn er ongeveer 10.000 mensen zonder rechtszaak in de gevangenis overleden. Naast oorlog met Pruisen en Oostenrijk werd er ook binnen Frankrijk zelf doorgevochten, zo waren er ook opstanden tegen de revolutionairen. Uiteindelijk verkreeg Maximilien de Robespierre de macht in het comité van Algemeen welzijn. Onder zijn leiding werd er veel macht naar het comité toegetrokken en werden de beslissingen steeds radicaler. Duizenden mensen werden opgepakt en veroordeeld als ‘vijanden van de revolutie’. Tegenstanders van Robespierre liepen dan ook groot gevaar geëxecuteerd te worden.
Het Directoire en Napoleon
Groeiende ontevredenheid over Robespierre en zijn bewind leidde in de nacht van 27 op 28 juli 1794 tot zijn arrestatie, gevold door zijn executie (samen met een aantal van zijn aanhangers). In 1795 kwam vervolgens het Directoire aan de macht. De uitvoerende macht lag nu bij een bestuur van vijf mensen. Het Directoire was niet populair onder de bevolking en bleef aan de macht door middel van corruptie. Een staatsgreep in 1799 bracht Napoleon Bonaparte aan de macht. Dit wordt door velen gezien als het einde van de Franse Revolutie.
Bronnen:
- J. P. McKay, B. D. Hill, J. Buckler, C. H. Crowston, M. E. Wiesner-Hanks, J. Perry, A History of Western Society (Boston/New York 2014) 619-631.
- Historianet.nl: Franse Revolutie: Zo verliep de bloedigste opstand van Frankrijk
- Britannica.com: Tennis Courth Oath
- Britannica.com: Constitution of 1791
- Britannica.com: National Convention
- Britannica.com: What Led to France’s Reign of Terror?
Afbeeldingen:
- De gevangenis de Bastille. Jean-Pierre Houël, 1789. Verkregen via Wikimedia Commons [Public Domain].
- De Vrouwenmars op Versailles, 1789. Bibliothèque nationale de France, verkregen via Wikimedia Commons [Public Domain].
- Portrait van Maximilien Robespierre. Pierre Roch Vigneron, 1790. Vekregen via Wikimedia Commons [Public Domain].