D-Day operatie Overlord

D-Day: het begin van Operatie Overlord en de bevrijding van West-Europa

Op 6 juni 1944 begon de grootste militaire invasie ooit: D-Day. Ruim 156.000 geallieerde soldaten landden vanuit zee op de stranden van Normandië om daar een ‘bruggenhoofd’ te creëren en zo een grootschalige invasie van West-Europa mogelijk te maken. D-Day was het begin van Operatie Overlord, een bloedige militaire campagne die het begin van de bevrijding van West-Europa, en het einde van de Tweede Wereldoorlog in Europa zou betekenen.

Amfibische operaties

Nadat Duitsland in 1940 in rap tempo Frankrijk onder de voet had gelopen, en het Britse leger dat in Europa meevocht halsoverkop geëvacueerd moest worden bij Duinkerke, werden in Groot-Brittannië al snel de eerste voorzichtige plannen voor een invasie van het Europese vasteland gemaakt. In december 1941 raakte Amerika betrokken bij de Tweede Wereldoorlog en kwamen de plannen om via een amfibische invasie weer voet aan Europese grond te krijgen in stroomversnelling. Alhoewel de Britten nog terughoudend waren en de vloot om zo’n landing te realiseren nog gebouwd moest worden, wilden de Amerikanen zo snel mogelijk aan land gaan.

Op 19 augustus 1942 had een Canadese strijdmacht al geprobeerd het Franse havenstadje Dieppe te veroveren. Deze operatie verliep dramatisch. Meer dan 4000 van de ruim 6000 soldaten raakten gewond, sneuvelden of werd krijgsgevangen. Desondanks wilden de Amerikanen, onder andere met de lessen van de invasie van Dieppe in hun achterhoofd, al in 1943, of zelfs 1942, beginnen met een amfibische invasie van West-Europa.

De drie conferenties

Tijdens de Conferentie van Casablanca in januari 1943, de Conferentie van Quebec in de zomer van 1943 en de Conferentie van Teheran tegen het einde van dat jaar, bespraken onder andere Winston Churchill, de premier van Groot Brittannië, president van Amerika Franklin Delano Roosevelt en Josef Stalin, de leider van de Sovjet-Unie, hoe zo’n operatie in zijn werk zou moeten gaan.

Met name tijdens de Conferentie van Teheran, waar overigens een Duitse moordaanslag op de drie leiders door een Sovjetspion voorkomen werd, werden belangrijke afspraken rondom Operatie Overlord gemaakt. Een grootschalige invasie zou in Normandië plaatsvinden, waarmee een tweede front geopend zou worden. Hierdoor zou Hitler op twee fronten moeten vechten, in het oosten tegen de Sovjet-Unie en in het westen tegen de Amerikanen, Canadezen en Britten.

Voorbereiding op D-Day

Het openen van zo'n tweede front was echter niet eenvoudig. Amfibische invasies behoren echter, zoals de geallieerde troepen hadden gemerkt tijdens moeizame en gefaalde amfibische landingen in Italië en Frankrijk, tot de meest riskante militaire operaties. De geallieerden deden wel ervaring op in Noord Afrika tijdens Operatie Torch en Operatie Husky, de invasie op Sicilie. Maar dat was nog lang niet genoeg voor een aanval op de kust van West-Europa. Tot op het laatste moment werd er geoefend en werden de plannen geperfectioneerd. En dat was ook nodig, een oefening in de laatste weken voor D-Day, Exercise Tiger, verliep dramatisch.


Het beste van IsGeschiedenis in je inbox? Schrijf je in voor onze nieuwsbrief! Helemaal niks missen? Volg ons op Facebook!


Extra lastig was, dat de kust van West-Europa zwaar verdedigd werd door de Duitsers. Het was zonneklaar dat een grote invasie vanuit Engeland zou worden opgezet. Daarom was de West-Europese kust zwaar verdedigd. Van Noorwegen tot Zuid-Frankrijk bouwden de Duitsers de Atlantikwall, een grote verdedigingslinie met als enige doel een invasie af te slaan. Daarnaast is een aanvalsmacht vanuit zee kwetsbaar. Terwijl de verdediger op het land allerlei voordelen heeft: een stabiele geschutsopstelling, overzicht en dekking.

D-Day operatie Overlord Naast grote logistieke, diplomatieke en militaire vraagstukken, hing ook veel af van het weer. Zo moest er tijdens de operatie een volle maan, een periode van drie dagen met windsnelheden onder de 20 kilometer per uur en goed zicht zonder lage bewolking zijn. Een volle maan was gewenst omdat geallieerde vliegtuigen ‘s nachts beter zicht zouden hebben en een hoge vloed was gunstig voor de amfibische landing van de troepen. De soldaten zouden dan minder afstand over het open strand moeten afleggen. 

Afleidingsmanoeuvres en neplegers

Om de gevaarlijke amfibische landing zo goed mogelijk te laten verlopen, hadden de geallieerden ook afleidingscampagnes opgezet. Zo werden onder andere dubbelspionnen gebruikt om Hitler ervan te overtuigen dat de geallieerden, samen met de Sovjet-Unie, via Noorwegen wilden aanvallen. Hitler geloofde dat deze dreiging reëel was en stuurde een aanzienlijk deel van zijn troepen naar Noorwegen om daar de verdediging te versterken. Door het gebrek aan manschappen, de meeste en best getrainde soldaten waren hard nodig in de strijd aan het oostfront, verzwakte Hitler met deze troepenverplaatsing de verdedigingslinie in Frankrijk.

Tegelijkertijd werd ook een ‘nepleger’ opgezet. Langs het zuidoosten van Engeland werden nep kampen ingericht, met landingsvoertuigen van hout, nepvliegvelden en rubberen tanks. Vanuit een Duits verkenningsvliegtuig zag dit er echter uit als de opbouw van een groot leger. Dankzij dubbelspionnen was Hitler ervan overtuigd dat dit nepleger bij Calais, waar de afstand tussen Groot-Brittannië en Europa het kleinst is, zouden landen.

De opbouw van het enorme wél bestaande leger in het zuidwesten van Engeland ging echter ook niet aan Hitler voorbij, maar hij dacht dat een aanval op Normandië slechts een afleidingsaanval zou zijn en dat de echte invasie alsnog bij Calais zou plaatsvinden.

“Ok we’ll go”

Oorspronkelijk stond D-Day gepland voor 5 juni, maar door slecht weer werd besloten de invasie een dag uit te stellen. Ondanks dat het weer de volgende dag niet heel veel beter was, wilde generaal Eisenhower niet op de volgende volle maan wachten. Met de woorden “ok, we’ll go” gaf Eisenhower het groene licht om de invasie op 6 juni te starten. In Groot-Brittannië stonden 156.000 soldaten klaar die met een enorme vloot van ruim 6.000 schepen de tocht over het kanaal moesten maken.

00:00 – 04:00: De nacht voor D-day

Kort na middernacht van 5 op 6 juni landden drie luchtlandingsdivisies in Normandië. Het betrof een Britse en twee Amerikaanse divisies, samen zo’n 20.000 man sterk. Het was hun taak om na hun landing belangrijke bruggen over te nemen en de flanken van de komende invasiemacht te beschermen tegen Duitse tanks, zodat de geallieerde troepen ’s ochtends vanaf het strand konden optrekken. Daarnaast moesten de parachutisten geschut waarmee de Duitsers het strand konden raken, zien uit te schakelen. De nachtelijke missie ontaardde in een enorme chaos. Door een combinatie van slecht weer, heftig luchtafweergeschut en onervarenheid van veel piloten en soldaten, landden veel parachutisten kwamen op de verkeerde plek. Sommigen landden in gebieden die door de Duitsers onder water waren gezet. Hoe veel mannen er in deze moerassen verdronken is nooit helemaal duidelijk geworden. Anderen raakten met hun parachute verstrikt in bomen of gebouwen. Een soldaat werd beroemd doordat hij in het dorpje St. Mère Eglise met zijn parachute aan de kerktoren bleef hangen waar hij, terwijl om hem heen de strijd woedde, zich urenlang voor dood hield. Veel andere soldaten raakten tijdens de sprong hun uitrusting kwijt, of misten in de chaos de vliegtuigen en/of collega's die hun uitrusting mee zouden nemen. Een Britse eenheid verloor tijdens de landing zo veel mensen en materiaal dat ze hun missie, het veroveren en vernietigen van grote Duitse kanonnen die in een bunkercomplex stonden, met slechts lichte machinegeweren en handgranaten moesten voltooien. 

De verliezen waren enorm. Veel vliegtuigen werden met volledige bemanning en al neergeschoten door het Duitse luchtafweergeschut. Op andere plekken moesten de soldaten zich met kleine geïmproviseerde groepjes een weg door de Duitse linies zien te breken. Pas na een week hadden de parachutisten hun belangrijkste missies voltooid. Toch waren er wel successen. Britse para's van de Pegasus-divisie wisten met succes een cruciale brug te veroveren voordat de Duitsers die op konden blazen. Een Amerikaanse eenheid para's kon een grote geschutsbatterij die het strand beschoot, veroveren. Over het algemeen wordt gesteld dat, hoewel de parachutisten er niet in slaagden om de wegen naar het strand af te grendelen, ze zo veel chaos achter de Duitse linies veroorzaakten, dat die daardoor niet in staat waren grote tegenaanvallen op te zetten. 

05:26 – 06:30: Bombardementen

Tussen 05:26 en 06:30 begonnen ruim 70 oorlogsschepen met het beschieten van de verdedigingswerken aan de Franse kust. Rond 06:00 begonnen ook de eerste luchtbombardementen. De geallieerden hoopten zoveel mogelijk van de Duitse bunkers, kanonnen en andere verdedigingswerken van de Atlantikwall onschadelijk te maken.

Amfibische landingen

In de vroege ochtend van 6 juni waren de Amerikaanse, Canadese en Britse troepen, ondersteund door schepen van de Franse, Griekse, Nederlandse, Noorse en Poolse marine, klaar om de invasie van Normandië te beginnen. Het gebied waar de troepen zouden landen was 90 kilometer breed en verdeeld in vijf stranden; Utah Beach, Omaha Beach, Gold Beach, Juno Beach, en Sword Beach. Op Utaha en Omaha Beach gingen Amerikaanse divisies aan land, Gold Beach en Sword Beach werden aangevallen door Britse troepen en Juno Beach werd toegewezen aan de Canadese 3de divisie. Op elk strand waren verschillende doelen vastgesteld, zoals het creëren van een bruggenhoofd en het bevrijden van steden of het innemen van strategisch belangrijke locaties.

D-Day operatie Overlord06:30: Landingen op Utah en Omaha Beach

Om 06:30 vonden de eerste amfibische landingen plaats op Utah en Omaha Beach. Utah Beach was het meest westelijke strand dat aangevallen werd. Voordat de Amerikaanse troepen aan land ging waren ook hier parachutisten achter Duitse linies geland en waren de verdedigingswerken door oorlogsschepen, waaronder de Nederlandse Hr. Ms Flores en Hr. Ms Soemba, en vliegtuigen vanaf 5:50 ’s ochtends onder vuur genomen.

De landing op Utah Beach verliep relatief eenvoudig. Dit gedeelte van het strand werd verdedigd door een combinatie van krijgsgevangen uit de Sovjet-Unie die ervoor kozen om met de Duitsers mee te vechten, in plaats van onder erbarmelijke omstandigheden gevangen te zijn, en door slecht bewapende soldaten die vaak te oud of niet fit genoeg geacht werden voor het oostfront. Binnen een uur wisten de Amerikaanse troepen het strand veilig te stellen. Van de 21.000 troepen die aan de amfibische landing meededen, overleden er 197.

Utah Beach stond in schril contrast met Omaha Beach, waar de Amerikaanse troepen het zeer zwaar hadden. Op dit gedeelte van het strand waren de best getrainde Duitse troepen gestationeerd en hadden de Duitsers de verdediging goed voorbereid. De geallieerde bombardementen waren daarentegen juist minder effectief dan gepland en hadden hun doel grotendeels gemist. De landing leidde dan ook tot grote verliezen. Daarnaast werkte de natuur ook niet mee. Door de ruwe zee verliep de organisatie moeizaam en van de 29 Sherman A4-D4 DD drijvende tanks, overleefden maar vier de tocht door het onstuimige water bij Omaha Beach.

Een groot deel van de soldaten overleed al binnen tien minuten na de landing. Zij moesten vanuit hun landingsboot dertig meter door ondiep water lopen voordat zij het strand konden bereiken. Dit terwijl ze onder vuur werden genomen door Duitse machinegeweren. Eenmaal op het strand was er voor de soldaten amper dekking tegen het Duitse vuur. Daarnaast misten de soldaten de dekking en de vuurkracht van de Sherman tanks, die bijna allemaal gezonken waren. Ook de aansturing van de soldaten verliep zeer moeizaam omdat bijna alle officieren en sergeanten kort na de landing sneuvelden.

Uiteindelijk lukten het de Amerikanen met veel moeite om door de Duitse linies te breken, mede dankzij geallieerde torpedobootjagers die de Duitse bunkers van dichtbij onder vuur namen. De Amerikaanse divisie die op Omaha Beach landde, verloor ruim 4000 soldaten. Hiermee was Omaha Beach het bloedigste strand van D-Day.

D-Day operatie Overlord

07:25 – 7.35 Sword en Gold Beach

Terwijl de Amerikaanse troepen op met name Omaha Beach nog in hevig gevecht waren, landden tussen 07:45 en 07:55 Britse troepen en soldaten van de Vrije Franse Strijdkrachten op Gold en Sword Beach. Sword Beach was de meest oostelijke plek waar geallieerden troepen zouden landen. Het hoofddoel was het strategisch gelegen Caen, van waaruit belangrijke wegen de omliggende regio inliepen.

Verzet op het strand was relatief licht, en binnen 45 minuten na de landing, om 7:25, konden de troepen het strand verlaten en beginnen met een moeizame toch richting Caen.

Gold Beach, dat zo’n 24 kilometer ten oosten van Omaha Beach lag, werd aangevallen door de Britse 50e infanteriedivisie en 8ste pantserbrigade. De landing begon hier pas om 7:35, een uur later dan op Utah en Omaha Beach. De onrustige zee zorgden voor problemen en door een vroege vloed waren sommige hindernissen, voordat deze onschadelijk gemaakt konden worden, alweer onder water geraakt. Een aantal landingsvaartuigen raakten hierdoor beschadigd.

Op Gold Beach bereikten veel van de tanks het strand uiteindelijk wel, en waren belangrijk in het opruimen van mijnen en ondersteunen van de optrekkende infanterie. Rond tien uur ’s ochtends en vier uur ‘s middags hadden de Britse troepen op Gold Beach, ondanks zware verliezen, een belangrijk doel bereikt: het veroveren van de steden La Riviére en Le Hamel.

07:45-07:55 Juno Beach

Juno Beach was, op Omaha Beach na, het zwaarst verdedigde stuk strand dat tijdens D-Day werd aangevallen. Ook hier richtte het inleidende bombardement te weinig schade aan. De combinatie van Britse en Canadese troepen wisten echter, ondanks 340 doden en 574 gewonden, het strand tegen de middag te veroveren.

De eerste aanvalsgolf leed 50% verlies, maar uiteindelijk was het het Canadese pantserregiment de 1st Hussars dat als enige geallieerde eenheid de alle gestelde doelen voor die dag had gehaald. Ze waren ruim 12 kilometer landinwaarts getrokken, het verste van alle geallieerde eenheden.

14:00 Consolidatie van de stranden

Rond 14:00 gaven de laatste Duitse verdedigers hun posities op de stranden op. Verderop in het Franse binnenland werd echter hevig gevochten en vonden gevechten plaats om verschillende Franse dorpjes en steden.

Duitse verdediging

Tijdens de landingen kwamen de geallieerde soldaten erachter dat de Atlantikwall niet overal even sterk verdedigd was, sterker nog: op sommige plekken was hij amper afgebouwd. Zo probeerden 225 manschappen de top van de klif de Pointe du Hoc te beklimmen, om daar gevaarlijke Duitse kanonnen uit te schakelen. Maar 90 soldaten kregen het voor elkaar de levensgevaarlijke klim te voltooien. Eenmaal bovenaan kwamen de soldaten lege bunkers tegen waar de gevreesde kanonnen die ze dienden uit te schakelen niet eens aanwezig waren.

Tegelijkertijd bestonden veel van de Duitse divisies uit troepen die ongeschikt waren verklaard voor het oostfront of zogenaamde Ostlegionen: Russische krijgsgevangen die ervoor hadden gekozen met de Duitsers mee te vechten in plaats van onder erbarmelijke omstandigheden gevangen te zijn. Daarnaast werd besloten de sterkste divisies in de buurt van Calais te plaatsen, waar Hitler dacht dat de grootste aanval zou plaatsvinden.

Het leger dat gestationeerd was in Normandië hoefde ook weinig te verwachten van de Duitse luchtmacht of marine. De Duitse luchtmacht was sterk verzwakt en zwaar in de minderheid, waardoor het weinig kon uitrichten. De Duitse marine was ook niet in staat om vanaf het water serieuze steun te leveren. De Duitse landmacht, waarvan de beste troepen zich aan de andere kant van Europa bevonden, stond er in Normandië dus alleen voor.

16:00: Duitse respons en verwarring

Het belangrijkste wapen dat de Duitsers tot hun beschikking hadden om de geallieerde soldaten weer terug ‘de oceaan in te drijven’ waren negen tankdivisies, die samen over zo’n 1400 tanks beschikten.

Er was echter onenigheid over hoe deze tanks gebruikt zouden moeten worden. Erwin Rommel, die bekend was geworden door zijn militaire successen in Afrika, wilde de tanks zo dicht mogelijk bij het strand houden, omdat ze anders tijdens transport een makkelijk doelwit voor geallieerde vliegtuigen zouden zijn. Vanwege administratieve redenen stonden de tanks onder leiding van Gerd von Rundstedt, maar in werkelijkheid was het generaal leo Geyr von Schweppenburg die controle over de pantserdivisie had. Von Schweppenburg wou de tanks echter achter Parijs verstopt houden, om een grote tegenaanval op te kunnen zetten. Het geschil liep zo hoog op dat dat Hitler zelf een oplossing moest verzinnen. Hij besloot de tankdivisies onder Rommel, von Schweppenburg en hemzelf te verdelen

Op de dag van de invasie bevond Rommel zich bij zijn familie, 800 kilometer van het strand vandaan. Door het slechte weer was hij ervan overtuigd dat de geallieerden geen invasie zouden riskeren. Daarnaast waren sommige commandanten die de taak hadden de sector van de Atlantikwall in Normandië te bewaken, op een anti-invasie trainingsoefening. Hitler zelf sliep ’s ochtends nog. Niemand durfde hem te wekken, mede omdat ze bang waren dat de invasie van Normandië om een vals alarm ging. Echter, ook toen Hitler wakker werd, greep hij niet direct in. Hij was ervan overtuigd dat het om een valstrik ging en dat Normandië enkel een afleidingsmanoeuvre was en dat er een nog veel grotere aanval bij Calais zou volgen. Hierdoor duurde het lang voordat de belangrijke pantserdivisies en andere versterkingen definitief naar de stranden van Normandië werden gestuurd.

De enige Duitse tegenaanval op 6 juni 1944 vond plaats op Sword Beach. Een deel van het eerder genoemde Duitse pantser regiment zette rond 16:00 een tegenaanval in een boekte in eerste instantie veel winst. Pas tegen de avond wisten de Britse en Franse troepen de Duitse tanks grotendeels onschadelijk te maken. Mede door deze felle tegenstand konden de gealllieerde troepen Caen nog niet bereiken.

Nederlandse bijdrage

Ook Nederlandse militairen hebben een bijdrage geleverd aan D-Day. De kanonneerboten Hr. Ms. Flores en Hr. Ms. Soemba, die de stranden van dichtbij beschoten, maakten hun bijnaam Terrible Twins waar. Die bijnaam hadden ze eerder gekregen, toen ze bij de geallieerde landingen in Italië in 1943 ook het strand beschoten ter ondersteuning van de invasiemacht.

Op 8 augustus zette de Prinses Irene brigade voet aan land op de Normandische stranden, waarna het de geallieerden troepen hielp met het bevrijden van Frankrijk, België en Nederland.

Het vervolg van D-Day

In bijna geen enkele sector werd het vastgelegde doel gehaald, Caen werd bijvoorbeeld door de Britse troepen die op Sword Beach landden pas op 18 juli veroverd, in plaats van binnen 24 uur, zoals gepland. Desondanks was het hoofddoel wel succesvol. Ten koste van meer dan 10.000 gewonden en 4.414 doden wisten de geallieerden troepen op het Normandische strand te landen en hun positie daar vast te houden. Nu konden de geallieerden eindelijk troepen, voertuigen en uitrusting naar het Franse vasteland sturen om West-Europa te bevrijden.

D-Day operatie OverlordTegen de avond van 7 juni hadden de Britten een doorlopend bruggenhoofd van zo’n 35 kilometer gecreëerd. Op 11 juni, minder dan een week na de landing, waren alle sectoren volledig op elkaar aangesloten. In de tussentijd waren ruim 326.000 soldaten, 50.000 voertuigen en 100.000 ton aan uitrusting op deNormandische stranden geland. D-Day was, ondanks serieuze tegenslagen, een groot militair succes geworden. Het langverwachte tweede front was werkelijkheid geworden. Op 24 augustus 1944 kwam Operatie Overlord tot een einde met de bevrijding van Parijs en nog geen jaar na D-Day pleegde Adolf Hitler op 30 april 1945 zelfmoord.

Ondanks dat Operatie Overlord van 6 juni tot 24 augustus duurde, kwam D-Day ten einde op 6 juni. De ‘D’ in D-day staat namelijk enkel voor ‘day’ en de term werd vaker gebruikt bij het begin van een militaire operatie. Er waren tijdens de Tweede Wereldoorlog dus al meerdere D-day’s geweest. Zo werd de precieze starttijd geheimgehouden. Tegelijkertijd werd de begintijd van de missie ‘H-Hour’ genoemd. Handig om belangrijke data uit de handen van vijanden te houden, maar ook als de begintijd of datum van een missie nog niet vast staat. De D-Day van Operatie Overlord bleek echter zo belangrijk en bekend, dat de dag van de landingen op Normandië als dé D-day bekend kwam te staan.

Bronnen:

Afbeeldingen:

  • Afbeelding 1: Invasie van Normandië, waarschijnlijk 9 juni 1944. [Public Domain] via Wikimedia Commons
  • Afbeelding 2: Generaal veldmaarschal Erwin Rommel en zijn officieren bij een onderdeel van de Atlantikwall, 21 december 1943. Bundesarchiv, Bild 101I-295-1596-12 / Kurth / CC-BY-SA 3.0. Unchanged via Wikimedia Commons
  • Afbeelding 3: Aanvalsplan Normandië van het Amerikaanse leger. [Public Domain] via Wikimedia Commons
  • Afbeelding 4: Amerikaanse soldaten stappen uit een landingsboot. [Public Domain] via Wikimedia Commons
  • Afbeelding 5: Britse tanks en trucks worden door de Amerikaanse Coast Guard uit boten geladen, 6 juni 1944. [Public Domain] via Wikimedia Commons

Ook interessant: 

Ideologieën: 

Landen: 

Tijdperken: 

Onderwerpen: 

Piet Hein

Lees het komende nummer van Geschiedenis Magazine. Neem vóór donderdag 4 april 23:59 u. een abonnement.

GM 2 cover - nu in de winkel

Het tweede nummer van 2024 is verschenen. Koop dit nummer bij een kiosk of boekhandel bij jou in de buurt

cover GM3

Het extra dikke nummer van Geschiedenis Magazine verschijnt omstreeks 18 april. Neem vóór donderdag 4 april 23:59 u. een abonnement om dit nummer zonder verzendkosten te ontvangen. 

Saga vikingen

Lees het komende nummer van Geschiedenis Magazine. Neem vóór donderdag 4 april 23:59 u. een abonnement.

De wieg van de Zijderoute

Lees het komende nummer van Geschiedenis Magazine. Neem vóór donderdag 4 april 23:59 u. een abonnement.

Ga mee op ontdekkingstocht naar archeologische vindplaatsen in binnen- en buitenland!